Gisteravond rond half elf zat ik te kijken naar een herhaling van een
Nederlandse serie die zich afspeelt rond 1980-1985. Herkenbaar waren de
kleuren, het interieur, de auto's, de kapsels en natuurlijk de muziek.
Maar het meest opvallend was toch het belang, het gewicht dat gehangen
werd aan de toen heersende nationale en internationale problematiek
rond de koude oorlog en de kruisraketten.
In 1986 begon ik ook als beeldend kunstenaar zelfstandig te werken in
Maastricht. Onwetend en onbevangen, maar vol vertrouwen.
Koud een half jaar aan het werk, stierf mijn vader. Hartstilstand; 46
jaar.
Herinneringen stapelen zich op en ik probeer te filteren. Het blijft
echter een ondoenlijke zaak de dingen van belang te onderscheiden van
de nevenzaken. Alles hangt samen met het zelfingenomen standpunt; van
waaruit overzie ik wat was.
Er gebeurt ontzettend veel, maar verandert er ook wat? Wezenlijke
veranderingen zoals een kloek haar scharrel kuikens hoedt, de
westenwind het water raakt of de avond de dag afsluit.
Op het pleintje waar ik als kind ben opgegreid, stond ieder tweede
weekend van juli de kermis met pal voor ons huis de carrousel. Stroom
werd uit onze garage afgetapt; gratis kaartjes in retour.
De kermis is al lang verdwenen, maar steeds als ik er kom, draait de
carrousel onder vrolijke jingle-deuntjes onafgebroken haar rondjes.
Enkele dagen geleden heb ik een opzet gemaakt voor een klein werk op
board, waarbij acht aan elkaar vergroeide benen in stervorm in de
rondte wandelen. Het voelt een beetje Boeddhistisch, vind ik. Ik weet
niet waarom ik het beeld heb gemaakt; het kwam in me op toen ik op een
ander werk met rode verf letters aanbracht. Ik weet ook niet of het
blijft, verandert of gewoon in de kachel verdwijnt.
En ik twijfel; zit mijn been ertussen?
|
Wekelijks verschijnt een nieuwe
BITS.
Op de hoogte blijven?
(svp je mailadres, o.v.v BITS)
|